Pom Phet

Pom Phet (ป้อมเพชร) of het fort Phet ligt in Bang Ka Ja op het punt waar de Pasak rivier in de Chao Phraya loopt. Het fort was een zeshoek van 14 meter diameter en gebouwd in baksteen en lateriet. Er zijn grensstenen van 6.5 meter hoog in verwerkt, en acht gaten waar kanonnen in geplaatst werden. Deze kanonnen stonden op wielen en konden zo in en uit de openingen gereden worden. De openingen konden ook volledig afgesloten worden. Het fort zou gebouwd zijn tijdens de regeerperiode van koning Mahadhammaraja rond 1580.

Pom Phet was zonder meer het meest strategische van de zestien forten die er in die periode in Ayutthaya waren. Vanuit het fort kon men de Chao Phraya overzien richting zee. De bewakers van het fort konden de schepen die over de rivier aankwamen al van op grote afstand zien. En doordat de Pasak er in de Chao Phraya stroomt ontstaat er een draaikolk die het de zeilschepen moeilijk maakte om verder te varen. Zo was er alle tijd om het schip te inspecteren.

Het fort was het belangrijkste punt voor contact met de buitenlanders die naar Ayutthaya kwamen om handel te drijven. Maar tegelijkertijd was het ook een sterk verdedigingspunt tegen aanvallers zoals de birmezen.

Pom Phet
Pom Phet
Pom Phet
Pom Phet
Pom Phet
Pom Phet
Pom Phet

De stadsmuren van Ayutthaya.

Ayutthaya is bijna volledig omringd door de Chao Phraya, de Lopburi en de Pasak rivieren. Om de stad volledig te omsluiten is er op het stuk tussen de Lopburi en de Pasak een kanaal gegraven. Dit vormt een mooie verdedigingsgracht rond de stad. Naast het water is er een muur gebouwd. De eerste muur die door koning U Thong werd gebouwd bestond uit een aarden wal, met aan de bovenkant houten palen. Tijdens het bewind van Phra Maha Chakkraphat is er een muur in baksteen en lateriet gebouwd waar forten in verwerkt waren. Onder de muur zaten houten palen in de grond om de aanvallers te beletten een tunnel onder de muur te graven. Pom Phet werd gebouwd op het punt waar de twee rivieren samenkomen.

De naam Ayutthaya betekend zoiets als “oninneembare stad”, en werd aan de stad gegeven door koning U Thong. Daarvoor heette de stad, die nog buiten het eiland lag, Ayothaya.

Helaas heeft de geschiedenis bewezen dat de naam niet helemaal juist was en, ondanks gracht en stadsmuur, is de stad toch gevallen na een verbeten strijd met de birmezen. Op dat moment is de hoofdstad van Siam verplaatst naar Bangkok.

Pom Phet

Koning Rama I (1782 – 1809) heeft het grootste gedeelte van de muren en forten afgebroken. Hij bouwde er de stadmuren van de nieuwe hoofdstad in Bangkok mee op.

In 1784 moest er in het Lat Pho kanaal in Phra Pradaeng een barrage gebouwd worden. Dit om het zout water van de zee te beletten verder landinwaarts te gaan. De stenen die hiervoor nodig waren werden opnieuw uit de ruïnes van Ayutthaya gehaald.

Tijdens de regering van koning Rama III werden er opnieuw stenen weggehaald uit Ayuthaya. Deze keer werden de Thamnop Ro dam en de olifantbrug, die de twee delen van de olifantstraat verbond, afgebroken. Met deze stenen werd een gigantische Pagode gebouwd. Het was een kopie van de Chedi PhuKhao Thong van Ayutthaya.

Helaas is deze ingestort, en de overblijfselen daarvan vormen nu de Gouden berg (Golden Mount) in Bangkok.

Pom Phet

De U-Thong weg.

Het grootste gedeelte van de fundering van de muren is verdwenen in 1895 toen de toenmalige gouverneur van Ayutthaya, Phraya Chai Wichit Sitthi Satra Maha Pathesathibodi, de U-Thong weg heeft aangelegd. Deze weg omcirkeld het stadseiland volledig. Op dit moment zijn er niet veel stukken meer over van de muur.

Archeologisch bewijs dat in Pom Phet gevonden is, geeft aan dat de oorspronkelijke muren ongeveer 6.5 meter breed waren. De muren bestonden zowel aan de binnen, als aan de buitenkant uit baksteen, de ruimte ertussen was gevuld met aarde. Op dit tussenstuk konden de soldaten over de muur lopen.

De muren die later gebouwd zijn onder het bewind van Koning Narai waren ongeveer 1.5 meter breed en 6.5 meter hoog.

Pom Phet

De Chong Kud poort is een kleine poort die een opening maakte in de stadsmuur. Het poortje diende om vanuit Wat Rattanachai naar een fort te lopen dat langs de Pasak lag.

Pom Phet

Waterpoorten.

Op het eiland dat Ayutthaya is zijn enkele kanalen gegraven, zowel van noord naar zuid als van oost naar west. Zij dienden als waterwegen om alle soorten goederen de stad in te brengen.

Met de grond die uit de kanalen kwam werden de oevers opgehoogd. Op die manier kreeg men een betere controle over overstromingen. In de stadsmuur zijn er voor die kanalen waterpoorten gebouwd om de scheepjes de stad in te laten varen. Op de zijkanten daarvan was er plaats voor de bewakers van de poort.

Pom Phet

Hoe zag Jeremias van Vliet in de zeventiende eeuw de stad en de muren?

Jeremias Van Vliet, de thai noemden hem Wan Walit – วัน วลิต, geboren in Schiedam rond 1602, was lid van de Vereenigde Oost-Indische Compagnie ofwel de V.O.C. In de hoedanigheid van directeur van het VOC-Handelskantoor in Ayutthaya, was hij een belangrijke vastlegger van de geschiedenis van Thailand tot 1642.

Laten we hem zelf aan het woord.

Beschrijvinge van de Hooft-stad Fudia.

Hier hebben wy mede genoemt de Hooft-stad Judia welke de principaalste des Rijks, woonplaatse van den Koning, voornaamste Heeren ende Edelen is. Ten respecte van dien sullen desselfs gelegentheyd een weynig extendeeren, Gemelte Stad is gelegen op de Riviere , genaamt Me-nam ofte na onse tale, Moeder des Waters , Aan allen zijden in een vlakke vrugtbaare Landsdouwe, op een kleyn rondagtig Eyland , zijnde met eenen dikken steenen Muyr (welke in’t Jaar 1634, meest vernieuwt, ende onder met een stenen voet verswaart is) omringt, die de forme van de Stad maakt , ende meer als twee Nederlandse mijlen in den ommegang is, rontomme aan de overzijde der Stad en de Riviere, is’t met veel Vlekken Dorpen, Hoffsteden , wooningen der Landliceden, Tempelen, Kloofters, en Piramiden digt betimmert , soo wel als de Stad selfs gepeupleert, en bewoont.

De bemuurde Stad is met eenige lange wijde, regte straten kruysweegs, dog met verscheyden gerijffelijke Water-gragten versien, Maar’t meerendeel met veel kleyne enge Straten, Sloppen, Gragten en Kreeken confuselijk gebouwt, sulks dat in ’t hooge water over veel Straten, ende meest tot alle Huysen met Praauwen gevaren werd, de timmeragie der Huysen is slegt. maar de Stad is met omtrent 400, schoone Tempels en, Kloofsters (die alle konstig , en kostelijk gebouwt met groot getal vergulde Toorens , Piramiden en ongelooflijke menigte beelden , van alle materialen versiert, verheerlijkt.

‘t’Paleys des Konings is groot, en magnifijk, leyd aan de kant der Rivier, als een bysondere welgebouwde Stad , met vijf hooge Toorens , ende veel konstige vergulde Huysingen treffelijk verçiert , ende werd door den regerende Koning doorgaans seer verbetert , aan de Landzijde heeft het een groot vierkant pleyn ofte buyten hof dat nu met een steene Muyr omringt is in voegen datter maar
een Straat uyt de Stad, ende twee smalle wegen , bezijden de muragie van’t Voorhof op ’t Paleys respondeeren, soo dat het voor een aanval der Inwoonders by Borgerlijke beroerten, ofte hunner omleggende vyanden beter als voor desen verseckert is, dog tegen Europise Krijgs magt is’t niet bestand. Insgelijks de Stads muragie , hoewel de selve dik en swaar is, van gebakken steen , (dog in losse aarde , na de Rivier loopt) opgeleyd , sonder dat met Punten of Bollewerken , Fortsgewijse verdeelt is , dat met Kanon ligtelijk van den ander soude gescheurt werden, dog na d’Indise wijse is’t een sterke , schoone, wel gelegen, lijstogtige, en volkrijke Stad , voor d’Indise Koningen onwinnelijk , vermids die niet langer als ses maanden by de vyanden kan belegert blijven, dewijle door’t overvloeyen der Riviere, van de platte Landen souden moeten vertrekken.

Pom Phet
Chantarakasem Museum

De situatie in 1687.

Op deze kaart uit 1687 zien we de muur rond de stad, en rechts onder ligt het Pom Phet. De olifantweg ligt in het midden aan de bovenkant ( “v v” op de kaart). Hij vormt een verbindingsweg tussen het grote paleis en het Chantarakasem paleis. (het kleine paleis, “B” op de kaart). Rechts boven aan het Chantarakasem zien we het kanaal dat uitgegraven is om de stad volledig te omsluiten.
Het eiland is min of meer rechthoekig met een breedte van ongeveer 4 Km, en een hoogte van ongeveer twee Km.

Vond je dit stukje interessant? Deel het met je vrienden zodat zij het ook kunnen lezen!

© Lode Engelen. Foto’s gemaakt op 25.05.2022 in Ayuthaya.

Door Lode

Al meer dan elf jaar woon ik samen met mijn vrouw, Patchaneeboon Charoenpieuw, in het noorden van Thailand. We reizen door het hele land en leggen alles vast op foto. Pat is antropologe en kent door haar veldwerk letterlijk elke uithoek van Thailand, wat ons een groot voordeel oplevert. Met onze foto’s en mijn teksten proberen we de schoonheid en diversiteit van Thailand dichter bij de mensen in België en Nederland te brengen.

4 reactie op “Pom Phet en de muren van Ayuthaya.”
  1. Mooi verteld, Lode. Ik probeer me voor te stellen hoe het wonen en werken in die stad in de 14e tot de 18e eeuw geweest moet zijn. Als edelman of slaaf, als man of vrouw.

  2. Het werk dat daar moet zijn ingekropen. De tonnen aarde verplaatsen, de stenen verzamelen en leggen (en later verhuizen naar Bkk). Ik kan me niet voor de geest halen dat dit zonder de hulp van olifanten kon.

  3. Interessante uitleg met mooie foto’s!
    Het moet nogal iets geweest zijn voor een Schiedammer in de jaren 1600 om daar aan te komen en te verblijven!!

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *